Charles Villiers Stanford (1852-1924)

de politieke achtergronden

 

 

De politieke situatie in Engeland

19de en 20ste eeuw

De Romantiek / Stanford`s biografie

Stanford`s werken

 

 

ß Het Britse Rijk in 1897

 

 

 

 

Het Britse Rijk en Ierland in 1921à

 

Ad  1. De politieke situatie in / rondom Engeland in de 19de en begin 20ste eeuw

a. de situatie met betrekking tot Ierland:

Ierland werd in 1541 een koninkrijk, in personele unie met Engeland. Koning Hendrik VIII had zich in 1534 van de Rooms-katholieke kerk had afgescheiden* , en door de titel Koning van Ierland aan te nemen kon de kerk zijn titel Heer van Ierland, die door de paus aan de Engelse koning was toegekend, niet terugtrekken. In de eeuw die daarop volgde herstelden de Engelse koningen geleidelijk hun gezag over heel Ierland (die ze tijdens de Rozenoorlogen grotendeels hadden kwijtgeraakt), door zowel geweld als grootschalige kolonisatie door Engelse immigranten.      Het koninkrijk werd bestuurd door een gouverneur, de Lord Lieutenant/ Deputy of Ireland, ook wel viceroy (onderkoning) genoemd. Het Ierse parlement, met een lagerhuis (House of Commons) en hogerhuis (House of Lords), zetelde in Dublin. Tot 1782 had het parlement weinig te zeggen, en Rooms-katholieken mochten geen parlementslid worden. Bijna alle macht in Ierland lag in handen van de gouverneur en zijn tweede man, de Chief Secretary for Ireland, die beiden altijd van Engelse of Britse adel waren. De arme, voornamelijk Rooms-katholieke bevolking van Ierland werd bestuurd door een kleine protestantse (Anglicaanse), Iers-Engelse elite. Dit leidde tot gewelddadige conflicten, waaronder de opstanden in 1641, 1689-1691 en 1798.

Na de opstand van 1798 besloot de Britse regering om Ierland bij het Verenigd Koninkrijk te voegen, om zo de Ierse bevolking eerlijkere vertegenwoordiging in de regering te geven en verdere onrust te voorkomen. In 1800 stemde zowel het Britse als het Ierse parlement voor een Act of Union, die echter pas in 1801 in werking trad. Hierbij werd het koninkrijk samengevoegd met het Koninkrijk Groot-Brittannië om zo het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Ierland te vormen. De Ierse maatschappij bestond in de 19e eeuw uit een kleine, protestantse, bovenlaag en een grote katholieke onderlaag. Er was nauwelijks een middenklasse. De leefomstandigheden van de onderklasse waren zeer slecht. In Dublin, na Londen de tweede stad van het Britse Rijk, was het niet ongewoon om met dertig tot veertig mensen een huis te delen.

Op het platteland waren de omstandigheden zo mogelijk nog slechter. De bevolking van Ierland was in de eerste jaren van de 19e eeuw explosief gegroeid. Het land was grotendeels eigendom van protestantse edelen, die vaak zelf in Engeland woonden. Hun voornaamste belang was een zo groot mogelijke opbrengst. Dat leidde tot een toename van de graanteelt, voornamelijk voor export naar Engeland.

De landarbeiders en kleine boeren teelden daarnaast voor eigen gebruik aardappelen. Naar schatting twee derde van de bevolking was in 1841 voor zijn dagelijkse voeding primair aangewezen op de landbouw, en dan met name op de aardappel. In 1845 mislukte de aardappeloogst grotendeels vanwege een tot dan toe onbekende ziekte, de door de pseudo-schimmel "Phytophthora infestans" veroorzaakte Aardappelziekte. Het jaar daarop mislukte de oogst volledig. Omdat de plattelandsbevolking nauwelijks alternatieven had, leidde dit tot een zeer ernstige hongersnood. In 1847 viel de oogst mee, met als gevolg dat voor het volgende jaar weer meer aardappelen gepoot werden. Toen in 1848 de oogst wederom compleet verloren ging was het drama compleet.

De precieze omvang van deze ramp ( the Great Famine)  is moeilijk vast te stellen. In een paar jaar tijd verloor Ierland een paar miljoen inwoners, deels door sterfte, en voor de rest door massale emigratie naar de V.S..

De hongersnood was een extra impuls voor het streven naar een gelijkere verdeling van het land. Voor veel Ieren was het 'landvraagstuk' van veel meer belang dan zelfbestuur of onafhankelijkheid.

   

                   De grote hongersnood

      D verkiezingen van 1880: zetels per gebied:

      Blauw: conservatieven

      Oranje: liberalen

      Paars:   Home Rule

  De Ierse Vrijstaat (later Republiek)  en Ulster

 

Na het unie-verdrag van 1800 ontstond in de 19e eeuw een streven naar zelfbestuur (home-rule) onder leiding van Charles Stewart Parnell. Tot twee keer toe werd een wet voor zelfbestuur aangenomen door het Lagerhuis in Londen, maar beide keren sneuvelde het voorstel in het Hogerhuis. In 1885 werd als reactie de Unionistische Partij opgericht.

De dood van Parnell in 1891 beroofde de Ierse Partij van een krachtig leider, het perspectief op een eigen parlement in Dublin leek daarmee te verdwijnen.

Het gebrek aan politiek perspectief leidde tot een opbloei van de eigen cultuur. Een groep schrijvers rond W.B. Yeats en Lady Gregory zochten en vonden hun inspiratie in de oude Keltische mystiek. De Gaelic League werd gesticht mede met als doel de eigen Ierse taal Iers te ondersteunen. Door het hele land werden nationale scholen opgericht waar Iers een verplicht vak werd. Op sportgebied werd de GAA, de Gaelic Athletic Association, opgericht die zich richtte op 'klassieke' Ierse sporten als Iers voetbal en Hurling.

Dit nieuwe nationalisme, vooral gegrond op de Ierse eigenheid, zorgde ook voor een opleving van de radicale stroming in de politiek. Sinn Féin werd in deze periode opgericht, maar was oorspronkelijk nog geen republikeinse partij.

Toen in Engeland in 1910 de liberalen aan het bewind kwamen met steun van de Ierse Partij leek zelfbestuur opeens toch binnen handbereik. Door een wijziging in de verhouding tussen Lagerhuis en Hogerhuis kon het Hogerhuis zelfbestuur niet langer blokkeren, alleen nog vertragen.

In 1912 werd een wet aangenomen waarbij heel Ierland zelfbestuur kreeg. Die wet leidde tot groot verzet in de provincie Ulster, verzet dat overigens wordt geleid door een Dubliner en in Engeland van harte ondersteund werd door de Conservatieve Partij. In het vooruitzicht van de naderende wereldoorlog durfde de Liberale Partij de protestanten in Ulster niet voor het blok te zetten. De Ierse partij moest lijdzaam toezien hoe gepraat wordt over een aparte regeling voor het noorden van het eiland.

Het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog betekende uitstel van het zelfbestuur. De leider van de Ierse Partij riep

alle Ieren op om het Koninkrijk te helpen in deze zware tijden door dienst te nemen in het leger. Hoewel veel Ieren aan die oproep gehoor gaven was er ook forse tegenstand, ook binnen de Ierse Partij.

De Paasopstand ( opstand van Ieren tegen Engeland met enige steun van Duitsland in 1916)  versterkte het verzet tegen die wet in Ulster alleen maar meer. Voor de protestanten betekende Home Rule: Rome Rule (heerschappij van het katholieke zuidelijke deel).

Bij de algemene verkiezingen in november 1918 werd Sinn Féin verreweg de grootste partij, zij behaalde 73 zetels, tegen 26 voor de Unionisten in Ulster. De leden van Sinn Féin weigerden plaats te nemen in het parlement in Londen en vormden hun eigen parlement in Dublin.

In de loop van 1919 werd het steeds onrustiger. Steeds vaker werden er aanslagen gepleegd op Britse doelen. De Britten reageerden daarop met vergeldingsacties door het inzetten van troepen. In Ierland staat deze periode bekend als de Ierse onafhankelijkheidsoorlog.

In 1920 nam het Britse parlement een wet aan waarbij het eiland in tweeën werd gedeeld. Het noorden kreeg eigen zelfbestuur en behield een nauwe band met Londen. In het zuiden kwam een eigen parlement in Dublin, waarbij Zuid-Ierland een status zou krijgen vergelijkbaar met Canada en Australië.

De verdeling van het eiland was voor veel Ieren onacceptabel. Ook de status, waarbij een band bleef bestaan met Londen, ging velen niet ver genoeg. De wet werd daarom niet geaccepteerd en de onrust groeide uit tot een ware onafhankelijkheidsstrijd.

In het voorjaar van 1921 brak bij een aantal leiders van Sinn Féin het besef door dat langs militaire weg hun doel niet bereikt zou worden. Dat leidde tot vredesbesprekingen en een verdrag. Hierdoor werd het zuiden de facto onafhankelijk, de Vrijstaat, hoewel er in naam een band met Londen bleef bestaan. Het verdrag betekende echter ook dat het zuiden akkoord ging met de creatie van een protestantse staat Noord-Ierland waarin de grote katholieke minderheid bewust tot tweederangs burgers werd gemaakt.

Belangrijke begrippen: Unionisme: streven om nauwe band met rest van Engeland te handhaven ; kenmerken: monarchaal, protestant en hiërarchie van strenge standen/ klassenmaatschappij

Home-rule : zelfbestuur voor Ierland.

 

*met betrekking tot het ontstaan van de Engelse vorm van protestantisme – de Anglicaanse kerk- zie bijv. mijn inleiding op het artikel over H. Purcell.

 

b. De Boerenoorlog

Boerenoorlog is de naam van de oorlogen die in Zuid-Afrika uitgevochten werden tussen de Boeren en de Britten in de 19de  en het begin van de 20ste eeuw. Deze Boeren of Afrikaners waren afstammelingen van vooral Nederlandse kolonisten, die als pioniers (Voortrekkers) naar de binnenlanden van Zuid-Afrika trokken en daar onder meer Oranje Vrijstaat en de Zuid-Afrikaanse Republiek stichtten.

Er  waren twee oorlogen: de Eerste Boerenoorlog (1880-1881) en de Tweede Boerenoorlog (1899-1902). De Boeren pasten in beide oorlogen de tactiek van de loopgraaf toe, waarmee zij vele successen boekten. Ze vochten in 1900 een guerrillaoorlog onder leiding van o.a. generaal Christiaan de Wet. De Britten onder leiding van Lord Kitchener reageerden met het vernielen van boerderijen, het in beslag nemen van voedsel en het inrichten van concentratiekampen waarin de familieleden en het personeel van Boeren werden vastgehouden. Kitchener legde door heel Transvaal een systeem aan van honderden kilometers blokhutten en prikkeldraad om de guerrilla's in hun bewegingen te beperken. De strijd kostte het leven aan 7.000 Boeren en ongeveer 28.000 Boerenvrouwen en kinderen in de kampen, plus meer dan 14.000 mensen van inheemse afkomst. Er kwamen 22.000 Britse soldaten om door strijd en vooral ziekte (onder meer tyfus). Met deze laatste oorlog kwam er definitief een einde aan het bestaan van onafhankelijke Boerenrepublieken in Zuidelijk- Afrika.

 

               

 

De Boerenoorlogen verstoorden de verhoudingen met Duitsland dat pro-Boers was. Hoewel Engeland en Duitsland wel samen de Boxeropstand in China hadden helpen neerslaan om de handelshavens aldaar te beschermen, werd de verhouding tussen beide landen steeds meer gespannen en er ontstond een wapenwedloop die tot uitbarsting kwam in de Eerste Wereldoorlog.

 

C. Het Britse Rijk in Wereldoorlog I  ( voor een uitgebreid overzicht, volg de link):

Het Westfront:

Duitsland en Oostenrijk-Hongarije waren bondgenoten en Frankrijk had een verbond gesloten met Rusland. Na de Boerenoorlog was Engeland op zoek naar bondgenoten, maar een Engelse toenadering tot Duitsland werd door de Duitsers afgewezen. Engeland zocht nu toenadering tot Frankrijk en Rusland. Dit bondgenootschap werd hierop de Triple Entente genoemd. Duitsland zag zich hierom als het slachtoffer van een tegen haar gerichte samenzwering.

De Engelsen hadden de Belgische neutraliteit gegarandeerd en toen Duitsland een aanval deed via België, moest Engeland de Belgen helpen. Ze  kwamen vier jaar lang vast te liggen in de loopgraven van het Westfront, waarbij

velen sneuvelden of voor het leven gehandicapt werden.

Naast protestantse Ieren die de Engelsen wel gunstig gezind waren, lieten zich tienduizenden katholieke Ieren inlijven in het Britse beroepsleger. Van de 200.000 Ierse vrijwilligers in het Britse leger zouden er uiteindelijk ongeveer 30.000 de dood vinden. De Engelsen beschouwden de Ieren (net als trouwens de Schotten) als “woeste krijgers” die met de “gepaste” omkadering door hoofdzakelijk Engelse officieren best van pas kwamen bij allerlei koloniale conflicten, terwijl de Ieren en Schotten het leger zagen als een broodheer die bovendien nog “avontuur” op “exotische plaatsen” in het vooruitzicht stelde.

In Europa werd door de Britten ook gevochten op de Balkan en verder nog in Afrika (ZW en O. Afrika), in het Midden-Oosten (Mesopotamië. Palestina, Perzië ) en in de Pacific.

 

Bronnen:

Websites:

http://nl.wikipedia.org/wiki/Geschiedenis_van_Ierland : geschiedenis van Ierland/ de Ierse kwestie

http://www.worldlingo.com/ma/enwiki/nl/Musical_nationalism: muzikaal nationalisme

http://www.thestanfordsociety.org/index.aspx (Stanford Society in oprichting : 2010)

http://www.cmc.ie/composers/composer.cfm?composerID=107 (Ierse muziekcentrum met goede ‘positionering’ van Stanford

http://www.boosey.com/shop/composer_search.asp?I=S (korte biografie en overzicht van alle verkrijgbare muziek met vermelding van uitgeverij )

http://www.stainer.co.uk/stanford.html  (biografie/ alles wat te koop is bij S&B en wat uit de archieven te bestellen is (online)

http://nl.wikipedia.org/wiki/Charles_Villiers_Stanford (biografie en -gedeeltelijk- overzicht van zijn composities)

http://www1.cpdl.org/wiki/index.php/Charles_Villiers_Stanford (doorlinking naar uitgaves in publieke domein)

http://www.classical-composers.org/comp/stanford

http://www.classiccat.net/stanford_cv/biography.php

http://dspace.udel.edu:8080/dspace/handle/19716/5506?show=full (bijdrage uit 2010: C. Cage, ‘Following in the footsteps: Sir Charles Villiers Stanford and his students at the Royal College of Music and their organ music in the early Twentieth Century’

http://www.naxos.com/person/Charles_Villiers_Stanford/26279.htm (overzicht CD opnames)

 

boeken/ andere naslagwerken:

Jeremy Dibble, Charles Villiers Stanford, Man and Musician, Oxford 2002.

M. Kennedy, Concise Dictionary of Music, Oxford 1996

S. Sadie, The New Grove Dictionary of Music and Musicians, London 1995

W. Steffelaar, Muzikale stijlgeschiedenis, Amsterdam 1999

D. J.  Grout & C. V. Palisca, Geschiedenis van de Westerse muziek, Amsterdam 1994

T. Benardeau, M. Pineau, Geschiedenis van de muziek, Amsterdam 1987

Grote Bosatlas, 51ste editie

Historical Atlas of Britain, London 1981

 

 

Terug naar boven                of         naar     de pagina       Muziek           of  de  naar de         Homepage      van Charlotte Anna Hansson