De geschiedenis van China

 

 

China is een enorm groot land. Een rondreis maken komt in de praktijk neer op het bezichtigen van slechts een klein stukje van dat grote geheel. Als je meer wilt zien zul je meerdere rondreizen moeten maken, iedere keer met een ander beginpunt. Wij hebben gereisd ‘rondom’ Beijing (Peking). Voor het fotoverslag hiervan kun je hier doorklikken.

 

Als inleiding wordt wel de geschiedenis van ‘heel’ China  ‘in een notendop’ en vooral via afbeeldingen besproken. Wil je meer weten, dan moet je daar echt nog andere bronnen voor raadplegen.

Het probleem rond de periodisering van de Chinese geschiedenis is dat er drie verschillende visies op bestaan:

a.       De Chinese, die uitging van de beschrijving van de dynastieën, waarbij de val van de vorige dynastie steeds de schuld was van de laatste keizer. De keizer van de nieuwe dynastie kreeg weer het Hemelse Mandaat. Het gelijktijdig bestaan van dynastieën was niet mogelijk en

men loste dat op door ze in de geschiedschrijving toch ná elkaar te zetten of slechts één dynastie als de legitieme opvolger te zien.

b.      De Westerse, die onder invloed van de Verlichting overal ‘vooruitgang’ wilde zien, maar in de Chinese geschiedenis steeds maar    

herhaling zag en China dus als versteend fossiel beschouwde. Pas na Wereldoorlog II en de opkomst van China als wereldmacht heeft men

belangstelling gekregen en wordt de eigen ontwikkeling erkend. Het Westen gebruikt ook de dynastieke onderverdeling en men probeert er begrippen op toe te passen als ‘oudheid’, ‘middeleeuwen’ en ‘nieuwe tijd’. Sommigen proberen van de dynastieke cyclus af te komen en baseren hun indeling bijv. op economische en technologische ontwikkelingen.

c.       De Marxistische visie, die sinds 1949 de geschiedenis verdeelt in de vijf fasen van de marxistische periodisering (oermaatschappij,

slavenhoudersmaatschappij, feodalisme, ‘kapitalistische’ fase, socialistische fase).

 

Het grote gevaar van kritiekloos de enorme hoeveelheid bronnen gebruiken, is dat men de Chinese geschiedenis als een geïsoleerd verschijnsel gaat zien (sinocentrisme), terwijl allerlei andere volkeren en staten er ook invloed op hebben gehad.

 

china in de prehistorie

  china 3000-1100 v

 china sinds 1100 v

china tot 200 v

 

X= Homo Erectus Pekinensis

A. Prehistorie:  ca. 2.000.000-ca. 1550 v. C:

1.000.000-400.000 (Pekingmens); komst Homo Sapiens vóór 30.000 jaar geleden; 11.00 jaar geleden: Neolithicum (overgang van jagen op landbouw en productie van aardewerk). Vanaf 7000 v. C. op grond van vondsten te onderscheiden in verschillende regionale culturen, die zich langs ‘eigen wegen’ hebben ontwikkeld. De middenloop v.d. Gele Rivier wordt niet meer als bakermat van de Chinese beschaving gezien.

B.Begin Ch. cultuur 3000-1100 2500. v. C. Longshancultuur,

waaruit (Xia ?) (en)  Shang

dynastie is ontstaan.

  

C. Zhou-dynastie: ca.1050-221v.C

 

Cultuur: Ontwikkeling bronsgiet-kunst

D. Qin Shi-Hwangdi: Eerste

Keizer van de Qin-dynastie

(221-206 v. C)

 

Zie voor Qin Shi:  rondreis: Xi`an: terracottaleger

 

 

china 2de eeuw v

   china tot 5de e na c

  china 518-906

E. Handynastie: 206 v. C- 220 na C; de Hunnen komen

    Uitbreiding rijk naar Korea, Vietnam en Centraal-

    Azië

F. Sui-dynastie:589-618;  de stichter  Jang Tjièn herenigt China

G.Tang-dynastie: 618-907; invoering examenstelsel;

toename macht keizer; economisch centrum naar zuiden

---handelswegen  Seide=handelswaren ==Chinese muur

 

china 10e-12e e

   china ca 1300

    rijk djengis khan

H. China 10-12 eeuw: Liao, Song, Westelijke Xia en

     Jin-dynastie

I. Noord – en Midden –China worden door de Mongolen

  veroverd (13de eeuw).

 J. 1280-1368 Yuan Dynastie; in 1271 gesticht door Koeblai     Khan, kleinzoon van Dzjengis Khan . Hij onderwerpt heel China.  Marco Polo komt naar China. De Mongolen worden ‘voorgetrokken’ en  begin 14de  eeuw  ontstaan veel interne ruzies.

 

   china 1400-1600

    china 1421 001

  china 1421 002

K. De boerenzoon Tsjoe Juan-tsjang verdrijft

    de Mongolen en wordt keizer:   Ming dynastie:

    1368-1644; grote vreemdelingen haat jegens niet-  

    chinezen  (Mongolen en Westerse wereld) ontstaat.

(Cultuur:: Pannendaken van geglazuurde tegels: tempels: gele daken/ keizerlijke gebouwen: groen of blauw)

L. Maar later ook weer wat toename van overzeese buitenlandse contacten - zie de boeken van G. Menzies: 1421 en 1434.

    Op deze kaart staan de tochten van Hong Boa, Zhou Man,

    Zhou Wen, Yang Qing and Zheng He, vanuit China (1421-1423)

M. De wereldkaart zoals Zheng He die samenstelde in 1418  

De Chinezen hadden al een goed beeld van de hele wereld

voordat Columbus en Magelhães gingen ‘ontdekken’.

 

ontdekkingsreizen 15 en 16de eeuw

    muur mantsjoe tijd

     china westers imperialisme

N. Dit is het normale beeld in een Westerse atlas:

    ‘de ontdekkingsreizen’ rond 1500 , waarbij  o.a.

   Columbus. Magelhaãs en Vasco da Gama de ‘Grote

   Namen’ op ontdekgebied zijn.

  O. China 1644-1760 : Qing dynastie (1644- 1911):; rond 1760

       bereikt China de grootste uitgestrektheid (ook Tibet en

       Sinkiang). Er ontstaat nepotisme (vriendjespolitiek)

       en corruptie  waardoor China steeds verder in verval  raakt.

 P. China 1850-1910: het binnendringen der Westerse

     Mogendheden (gearceerde gebieden zijn invloedssferen)

     rode cirkels zijn verdragshavens van Frankrijk/Engeland/

     Portugal/Duitsland/Rusland en Japan. Er zijn veel

     rivaliserende krijgsheren. De Bokseropstand wordt

    neergeslagen m.b.v. de Buitenlanders.

 

 1910-ev

1934-1950

R. De Chinese Communistische Partij (CCP) wordt in 1921 opgericht naar Russisch model (arbeiders/steden) en in 1924 wordt besloten tot een ‘verenigd front’ met de nationalistische

Kwo-min-tang (KMT) van

Sun Yat-sen. Na diens dood in 1925, maakt Chiang Kai-shek

een bloedig eind aan de samenwerking. Nanking wordt

de hoofdstad van de KMT. Op

het platteland vormen zich communistische centra o.l.v.

Mao Zedong, die (zie links) na

1934 met de Lange Mars een blokkade van de KMT door-breekt. Vanaf 1936 toch weer

‘verenigd front’ tegen Japan.

 

 

 china na wo II

Q. China 1910-1940; een revolutie o.l.v. Sun Yat-sen

    maakte een einde aan het keizerrijk. De Chinese

    Republiek werd uitgeroepen.

    Grijs (Mandsjoerije) is Japans gebied sinds 1932

R. Uitbreiding communisme 1934-1950

Roze zijn revolutionaire bases van het Rode Leger; in Jenan * basis vanaf 1936.

4 Lange Mars hoofdleger

 S. China na 1950.

De VS steunt in WO II de KMT die leunt op de  industrie/ steden, maar wordt uitgehold door corruptie. De strijd tussen CCP en KMT herleeft

Na 1945 ontstaat een burgeroorlog die eindigt in de zege van de CCP.De KMT vlucht naar Taiwan

 

   economie jaren 80

In 1955 wordt de collectivisatie van de landbouw versneld uitgevoerd en overal ontstaat onvrede. De campagne ‘Laat honderd bloemen bloeien’ moet daaraan tegemoet komen. In 1957 komt weer een eind hieraan en de ideologische tegenstelling tussen Russisch en Chinees communisme wordt steeds duidelijker. In 1957 moeten via de Grote Sprong Voorwaarts  landbouw en industrie (‘lopen op twee benen’) op hoger plan worden gebracht via decentrale planning. De Volkscommune wordt ingevoerd, maar door organisatiefouten sterven velen de hongerdood.  1966-1969: Grote Proletarische Culturele Revolutie: Rode Gardisten gaan gewelddadig te keer.

Mao sterft in 1976. Heel langzaam komt in 2001 China in rustiger vaarwater op binnen- en buitenlands terrein. Enorme economische groei tot 2008 (Olympische Spelen), maar vooral in steden!

china godsdiensten  ca 1200

 godsdiensten china

T.Ch. economie na  twee 5-jarenplannen(1957+62)

U. De verspreiding van de grote godsdiensten/filosofische stromingen:

     Confucianisme, Taoїsme en Boeddhisme.

 

  

(U) Het Confucianisme werd gesticht door Confucius (Kong Fuzi ) die leefde van 551-479 v. Chr. en na zijn dood werd dit gedachtegoed verder ontwikkeld door Mencius.

 De leer gaat uit van een maatschappelijke structuur waarin mensen door allerlei relaties met elkaar zijn verbonden: ouder-kind, heerser-onderdaan, man-vrouw, enz. 

 Kindertrouw en kinderliefde betekent niet alleen gehoorzaamheid aan en eerbied voor de ouders, maar ook voor andere familieleden en de heerser: Eerbied voor ‘hoog’, maar ook  zorg

 voor ‘laag’. Andere deugden zijn: medemenselijkheid en gerechtigheid. De leer is na Confucius`dood opgeschreven en diende in China tot 1912 als basis voor het  onderwijs. Voor de

 communisten was de leer reactionair, want verbonden met de vroegere adellijke heersers.

 Het Taoïsme ontstond ook in de 6de eeuw v. Chr. vanuit het oude Chinese volksgeloof, naar men zegt door de mystieke Lao Tse. Het omvat het concept van een geordend universum,

 yin (negatieve, vrouwelijke, aardse) en yang (positieve, manlijke, hemelse) en gerichte energie: qi ( bijv. in de acupunctuur). De evolutie van het universum is al vastgesteld en je mag daar

 niet in ingrijpen. Feng Shui is ook gebaseerd op qi : de juiste plaats van deuren bijv. beïnvloedt de stroom van qi. In de loop der tijd ontwikkelde het T. zich tot een complexe religie met

 veel goden. Een bepaalde stroming ziet Lao Tse ook als godheid. De T. filosofie moedigt het volgen van de intuïtie aan, het zich voegen naar de gang van de natuur.

 Het Boeddhisme ontstond in de 6de eeuw v. Chr. in India als hervorming van het Hindoeïsme; het kent geen priesters, géén kasten en goden, je moet je eigen individuele kracht zoeken

 en losraken van het aardse. Je mag geen drank of vlees gebruiken. De verspreiding ging vanaf de 1ste eeuw via de Zijderoute en het werd vooral populair in perioden van onrust, toen de

 confucianistische verering van autoriteit het niet goed deed bij de bevolking. Het mahajana-boeddhisme belooft verlossing aan iedereen die haar zoekt. Verlichte wezens, bodhisattva`s,

 zijn in de wereld om anderen te helpen de verlossing te bereiken. Gelovigen bouwen verdiensten op door daden en devotie (karma) en komen zo dichter bij het nirvana. Het B. heeft geen

 goden of een hemel, maar heeft voor gewone mensen toch zo`n voorstelling geschapen, met een heerlijk leven vol muziek makende mensen.

 Luohans of arhats zijn leerlingen van de boeddha, die vaak in groepen van achttien in tempels verschijnen.

 Het B. gaat er van uit dat in elk mens iets goeds zit, echter Qin Shi-Hwangdi had als visie dat de mens niet goed was en met dwang ‘eronder’ gehouden moest worden (legalisme).In

 sommige periodes werden alle B. monniken uit de kloosters gezet en te werk gesteld omdat de kloosters te veel druk op de samenleving gaven.

 

 Kong fu(=vaardigheid)is op de boeddhistische wijze van vechten: van al het lichamelijke iets verhevens maken  (maar dat kan ook in kalligrafie bijvoorbeeld!)

                                        op de taoïstische wijze van vechten: zo min mogelijk doen: Tai Chi: héél langzaam en beheerst

 

 

   Terug naar de pagina  ‘eerdere reizen’               óf                      de homepage  van Charlotte Anna Hansson