Hoofdstuk 8. Het einde
van het Vikingtijdperk
De dood van Harald III (1015-1066) koning van Noorwegen
van 1047 tot 1066 - ook wel genoemd Harald Sigurdsson of Harald Hardråde
(de harde regent of rechter)-
tijdens zijn mislukte veldtocht in 1066 om Engeland te veroveren,
betekende zoals al eerder in hoofdstuk 1 gezegd, het einde van
het Vikingtijdperk in Noorwegen.
Het waarom van het einde van het Vikingentijdperk in
Europa is even moeilijk exact te bepalen als het begin:
- Algemeen
kan gesteld worden dat in de loop der tijd zich steeds meer Vikingen
vestigden in de gebieden waar zij invallen gedaan hadden. Het land was
vruchtbaarder dan hun eigen koude, noordelijke streken.
- Zij
mengden zich met de plaatselijke bevolking en werden ook vaak
christen.
- Wellicht
stopten de Vikingen met hun strooptochten omdat ze inmiddels ook in
eigen land christen geworden waren
(zie voor Denemarken * voor Noorwegen ** en *** en Zweden
****). In Noorwegen zijn nog een aantal (staaf)kerkjes te zien uit de
begintijd van het Christendom aldaar. Het kerkje van Urnes is het
oudste.
- Verder
kan een oorzaak zijn dat ‘de vrije Viking’ in Noorwegen en Denemarken
niet meer bestond omdat
(zie geschiedenis van Noorwegen
en van Denemarken na 1066) de koningen aldaar ook het feodale systeem
hadden ingevoerd, waardoor de edelen meer gebonden waren.
- Aan
het eind van de 10de eeuw nam in West Europa de welvaart
enigszins toe door landbouwkundige
verbeteringen als het drieslagstelsel
en een nieuwe manier van ploegen. Hierdoor ontstond voor het eerst
een voedseloverschot waardoor
handel en specialisaties mogelijk werden. Het is waarschijnlijk dat de
Vikingen zich hier ook (liever) mee bezig gingen houden.
- Het
christelijke ‘Franse’ en ‘Duitse’ rijk
was er in geslaagd effectief tegenwicht te bieden tegen de
aanvallers .In Frankrijk
waren het de Capetingers die hierdoor aan de macht kwamen ten koste van de
Karolingers (zie hoofdstuk 3) en
zoals al eerder in h.oofdstuk 6 gezegd,
wisten vanaf 911 de Duitse koningen het hele stroomgebied van Rijn en Maas
in handen te krijgen en daar hun gezag effectief te vestigen.
Al met al kan gesteld worden dat in Engeland het
uiteindelijke effect van de invasies het grootst is geweest.
|
|
|
|
|
Staafkerkje Ringebu
|
Staafkerkje Burgund
|
Staafkerkje Urnes
|
Staafkerkje Kaupanger
|
Staafkerkje Lom
|
*Ook al hadden Harald Blauwtands
voorgangers het christendom in Denemarken ingevoerd, op aandringen van de
Karolingen van het Frankische Rijk in 826, was dit geloof nog steeds
niet overheersend in de noordse koninkrijken. Tussen 960 en 965 werd Harald
bekeerd, zij het om politieke motieven of niet.
(http://nl.wikipedia.org/wiki/Harald_I_van_Denemarken.)
** De komst
van het christendom naar Noorwegen nam een lange periode in beslag,
mogelijk tweehonderd jaar. Het was het logische gevolg van het contact van
de Noren met het christelijke Europa via handelsbetrekkingen en
vikingtochten. Zendelingen van de kerken van Engeland, Duitsland en
Denemarken hielpen het traditionele geloof in de Scandinavische goden
verzwakken. Deze ontwikkeling bereikte een hoogtepunt met de drie zendingskoningen
Haakon de Goede, Olaf Trygvasson en Olaf Haraldsson (Olaf de Dappere). Door
zijn martelaarsdood bij de slag van Stiklestad in 1030 kreeg laatstgenoemde
koning de heiligenstatus. Uiteindelijk was de eindoverwinning voor de kerk.
Uit de wetgeving die werd toegepast, de liederen die werden gezongen en de
gedenktekens die werden opgericht, valt op te maken dat het christendom
vanaf het midden van de elfde eeuw stevig verankerd was in
Noorwegen. Vlak voor het jaar 1100 verschenen de eerste bisdommen, waaronder
het aartsbisdom van Nidaros, later Trondheim, waar vanaf 1152 de
aartsbisschop gezeteld was.( http://www.noorwegen.nl/About_Norway/history/upto1814/middle/)
*** Sven Estridsen
(ca. 1019 - ca. 1076) was koning van Denemarken van 1047 tot 1076 (of 1074
volgens sommige bronnen). Hij is ook bekend als Sven II en Svend den Yngre
(de jongere). Hij probeerde ook Engeland te veroveren waar zijn oom Knoet
de Grote nog koning was geweest. In 1069 sloot hij een verbond met Edgar
Ætheling, de laatste erfgenaam van het Angelsaksische koningshuis en trok
op tegen Willem de Veroveraar, die Engeland enkele jaren daarvoor ( in
1066) had veroverd. York werd ingenomen, maar Sven accepteerde een
afkoopsom van Willem de Veroveraar en trok zich terug. Hij versterkte de
koninklijke macht door de relaties met de kerk te verbeteren. Zijn nazaten
regeerden tot 1448.
****Bisschop Ansgar
vertrok in 826 als eerste missionaris vanuit Duitsland naar de Denen en in
829-831 reisde hij in opdracht van Lodewijk de Vrome door Zweden omdat
gezanten hadden bericht dat de inwoners aldaar bereid waren het nieuwe
geloof aan te nemen. In Zweden werd
hij echter overvallen door de Vikingen. Op zijn tweede Zweedse reis (852-855)
kreeg hij iets meer voet aan de grond.
Na zijn dood in 865 kwamen de bekeringen tot stilstand en duurde het
nog drie eeuwen voordat Zweden geheel christelijk was (Willemsen p. 168).
|