Om een zo overzichtelijk
mogelijk beeld te geven van het leven van Handel, wordt dat beschreven aan de
hand van jaartallen in combinatie met zijn hoofdverblijfplaats(en) in de
betreffende jaren. Er wordt niet gepretendeerd ook maar iets nieuws te
schrijven, hoogstens is sprake van herordening en het belichten van
bepaalde aspecten en het weglaten van andere, voor ons doel minder
relevante gegevens. Via Wikipedia is
al heel veel kennis te verkrijgen, maar voor een genuanceerd en completer
beeld wordt verwezen naar The New Grove en het boek over Handel uit de
componistenreeks van Gottmer.
Voor de ontwikkeling van Opera
en Oratorium in het algemeen, wordt verwezen naar mijn artikel
hierover.
Een beschrijving van de Barok
als muzikale periode en een globaal overzicht van Handel`s voorgangers
en tijdgenoten is te lezen in de artikelen over D. Buxtehude, A.
Vivaldi en vooral in dat over A. Steffani.
Wat betreft zijn werken wordt
vooral de nadruk gelegd op zijn vocale –solo- werken voor de
alt/mezzostem. Voor een overzicht van zijn duetten volge men deze link.
Enige duetten zijn uitgewerkt in mijn nieuwsbrieven (1).
1. De belangrijkste muziekperiodes rondom
Handel
1450 -
1625
-
1750 (1720- 1775) na 1800
|
Renaissance/ Vroege
Barok
|
Barok
(Rococo)
|
Romantiek
|
Hendrik VIII
Elizabeth I
Jacobus
I
|
Karel I / Burgeroorlog
Karel II
Willem & Mary
--- Huis Hannover
|
|
grote groei
nationalisme
|
John Dowland
|
John Blow/ Henry Purcell G. F. Handel
|
|
|
|
|
|
2.
Belangrijke jaartallen uit Handel`s leven.
Halle Hamburg Florence+ Rome Hannover Londen Cannons Londen Dublin Londen
(en Londen)
|
1685 1702
1703 - 1706- 1710 - 1712 - 1717-
1719 - 1728 - 1733
- 1740 -1742 - 1759
|
geboorte
|
organist
in Halle
|
|
in dienst van Francesco
Ruspoli
(1708-9)
|
Hofkapelmees-
ter van Georg
Ludwig
|
G. Ludwig
1714 koning van
Engeland
|
James
Brydges
|
Royal Academy of Music
;
1727-Georg I overleden
|
King`s
Theatre
|
|
|
1753-blind 1759 over-
leden
|
|
|
Mattheson
bezoek aan Buxtehude
Lübeck
|
kardinalen
Pamphili en
Ottoboni
|
Queen`s
Theatre Londen
(1710 + 1712)
|
|
|
Senesino
Durastini
Boschi
concurrentie van
Bononcini
|
|
Broschi
*
|
|
|
|
|
burgerlijke
opera
(Almira
Nero
|
kamermuziek
(It.)cantates
Oratoria
la Resurrezione
|
muziek bij Rinaldo
(opera)
|
aria`s bij Teseo
Water
music
|
Chandos
Anthems
(It.+Duit
invloed)
|
Italiaanse opera
1723-1725 opera`s ( Haym)
1727 coronation anthems (G II)
|
Italiaanse opera
na 1732 koowerk
Engels Oratorium
(Deborah)
1740: Italiaanse kamerduetten
|
oratoria:
Messiah
Samson
|
14 oratoria
1749 Music
for the Royal
Fireworks
(viering verdrag
Aix-la-Chapelle)
|
Op 23 februari 1685 kreeg de
lutherse chirurgijn Georg Händel, wonende te Halle, op 62- jarige leeftijd
bij zijn tweede vrouw, een zoon: Georg
Friedrich (G.F.). In Duitsland werd deze familienaam gespeld als Händel
of Haendel; in Italië schreef G.F. later zijn naam als Hendel en in
Engeland als Handel zonder
Umlaut. Deze laatste spelling wordt in de levensbeschrijving gebruikt.
George Friedrich`s vader
wilde niet dat hij beroepsmusicus werd toen zijn aanleg voor muziek bleek:
hij moest een degelijk beroep kiezen! In 1702 slaagde hij er toch in op
eigen kracht (als lutheraan) organist te worden aan de calvinistische dom
van Halle. Het werk bestond
aldaar alleen maar uit het begeleiden van de gemeentezang en de muziek was
veel soberder dan Handel gewend was en dus vertrok G.F. naar
Hamburg (1703-1706). Deze
stad kende in die tijd veel vrijheid i.t.t. de meeste andere grote Duitse
steden waar de adel en geestelijkheid domineerden. De Hamburgse opera was
de eerste “burgerlijke”opera, d.w.z. niet verbonden aan een vorstenhof en
door de adel gefinancieerd. Het repertoire was er religieus, mythologisch,
maar ook “maatschappijkritisch”. G.F. werd er bevriend met Johann Mattheson
en schreef er zijn eerste opera: Almira. Verder leefde hij vooral van
lesgeven. Van 1706-1710 verbleef
hij in Italië te Florence waar hij kennis maakte met de hofdichter
Antonio Salvi, van wie hij later enige libretti op muziek zette. Hij woonde
ook (als lutheraan!) nog in Rome in het paleis van kardinaal Pamfili waar
hij werken componeerde die goed pasten in de katholieke liturgie.
Verder
was hij ook veelvuldig gast van kardinaal Pietro Ottoboni, die zelf o.a. A.
Scarlatti en Corelli in dienst had. In 1708 en 1709 was Handel enige tijd
in dienst van markies/ prins Francesco Ruspoli. Voor hem componeerde hij
regelmatig (wereldlijke) cantates om wekelijks op zondag uit te voeren. De
sopraan Margherita Durastanti was op dat moment ook in Ruspoli`s dienst en
zij volgde Handel later naar Londen. Hij heeft veel muziek voor ‘haar stem’
gecomponeerd.
In Rome mochten van de paus
geen opera`s opgevoerd worden en dus “beperkte” men zich tot kamermuziek, cantates en oratoria.
Maar Handels oratorium La Resurrezione was gewoon een stiekeme opera en nog
erger: er trad een vrouw (Durastanti) op in plaats van de gebruikelijke
castraatzanger. Bij de tweede uitvoering werd zij op bevel van de paus
vervangen door een castraat.
Handel maakte in Italië
verder nog kennis met de componisten Vivaldi, Albinoni, en Lotti en men
vond er zijn orgelspel prachtig, maar “hij brak er niet echt door”. Hij
leerde er vooral veel, m.n. expressieve en beweeglijke melodieën componeren
voor zangstemmen en zijn vele Italiaanse cantates zijn eigenlijk “opera`s
in de dop”. Vanuit Italië vertrok Handel naar:
Hannover (1710-1712)
waar hij hofkapelmeester werd van keurvorst Georg Ludwig met de clausule
dat hij tussentijds ook mocht reizen, naar bijv. Engeland waar Handel nu
een ‘oogje op had’(2) . Het is
belangrijk te weten dat deze keurvorst binnenkort wellicht koning van
Engeland zou worden, waar de Engelse adel niet echt op zat te wachten.
Handel kon met mooie muziek de Engelse adel misschien gunstig stemmen
t.o.v. Hannover. En zo arriveerde hij in 1710 in
Londen.
Engeland had toen nog rijke
adel die het organiseren van muziekuitvoeringen als statussymbool zag, maar
de gegoede burgerij was door de handel overzee in opkomst en wilde ook deze
status bereiken, waar muziek bij hoorde. Daarnaast moesten er veel
vredesverdragen en overwinningen gevierd worden: een bron van
werkgelegenheid!
Handel kwam in 1710 vooral
voor de opera. In Engeland was er toen nog geen Italiaanse operatraditie,
maar men kende de “masques” (ook
wel Entertainments, Interludes of
Serenata genoemd) van oorsprong gemaskerde dansen met mythologische,
pastorale of allegorische onderwerpen, later opgesierd met eenvoudige op
zichzelf staande zangstukken, pantomimes en decors. H. Purcell (1659-1695) combineerde wel al elementen van Franse
en Italiaanse opera`s met de masque tot semi-opera`s, maar na zijn dood had
hij geen opvolger op dit terrein.
Handel componeerde in Londen
op verzoek van Hill, de directeur van het nieuwe operatheater aan de Haymarket,
het Queen`s Theatre, muziek bij Rinaldo,
de eerste Italiaanse opera die speciaal voor Londen werd geschreven. Het werd een groots spektakel en een
groot succes. Hierna moest hij weer terug naar Hannover. In 1712 kreeg hij weer toestemming van
de keurvorst naar Londen te gaan (1712-1717) met de stiekeme
bedoeling niet meer naar zijn werkgever terug te keren. Hij schreef er aria`s bij de
opera Teseo, maar de kracht van het stuk zat voor een groot deel in de
enscenering die gebruik maakte van enorme toneelmachines.
In 1714 werd de
Hannoveriaanse keurvorst koning van Engeland en wellicht heeft Handel vrij
snel voor zijn voormalige werkgever de Water
Music gecomponeerd. Hij werd vervolgens muziekleraar van de drie nieuwe
prinsessen.
Misschien omdat hij een
levenslange betrekking ambieerde als huiscomponist bij iemand van de
steenrijke Engelse adel, omdat theater veel financiële risico`s meebracht,
maar misschien ook omdat de Italiaanse opera in Londen een beetje “uit”
was, trad Handel in dienst van James Brydges in Cannons (1717-1719). Hij
componeerde er o.a. elf anthems (‘antifonen ‘werken voor soli, koor en
instrumenten op een bijbelse tekst, meestal een psalm) maar voegde er
invloeden uit de Italiaanse kerkmuziek en Duitse koralen aan toe (Chandos Anthems). Hierna vertrok Handel toch weer naar Londen
(1719-1728: Royal Academy of Music periode).
Handel
|
|
Herrenhaus Hannov.
|
Geboortehuis in Halle
|
Haymarket theater
|
Paleis Ruspoli
|
Haymarket theater
|
Paleis Ottoboni te Rome
|
James Brydges
Cannons
|
|
. des rondom Handeliekpit HandelWest-Europa begin 18de eeuw met de
hoofdverblijfplaatsen van Handel
|
|
Begin achttiende eeuw
bevond Engeland zich in een
economische hoogconjunctuur en veel grote en kleine spaarders staken hun
geld in allerlei ondernemingen, o.a. de Royal
Academy of Music, het operagezelschap dat de Italiaanse opera in Londen
nieuw leven wilde inblazen, met oogverblindende voorstellingen en zeer
beroemde zangers. De Italiaanse opera had het moeilijk: de taal was moeilijk verstaanbaar en de “stof”
(Grieks- Romeinse mythologie of middeleeuwse ridderstukken) was
‘afgezaagd”; hetzelfde probleem gold bij de komische opera`s (bedrogen
echtgenoot, domme boerenkinkel). De ellenlange da capo-aria`s werden alleen
“gedoogd” indien gezongen door grote “sterren” en vaak moesten deze aria`s
bij een latere uitvoering herschreven worden omdat er andere zangers waren.
En als er geen componist voorhanden was om de aria aan te passen, nam de
zanger een andere glansaria uit zijn repertoire, uit een heel andere opera,
en zong die dan! Soms werden alle aria`s in een opera ontleend aan
uiteenlopende werken van één of meer componisten. Dat heet pasticcio. De recitatieven werden
wel nieuw gecomponeerd. Handel deed hier ook aan mee als hij te weinig tijd
had om een heel nieuw werk te maken. De salarissen voor de sterren leidden
uiteindelijk tot de ondergang van de Italiaanse opera in Londen.
De Engelse opera`s waren
begin 18de eeuw van een heel ander karakter dan de Italiaanse:
de dialogen werden gesproken en de aria`s waren eenvoudiger en eigenlijk meer
liedjes die men mee kon zingen. Men beoordeelde de Engelse operazangers
meer op hun acteertalent dan op hun zangkwaliteit. De Italiaanse opera was
meer een kunstvorm voor de hogere klassen, vooral de adel en de Engelse
opera meer bestemd voor een breed publiek.
Ondanks bovengenoemde
problemen sloeg het plan van de Royal
Academy aan en zo kreeg Handel de muzikale leiding en de opdracht op
zoek te gaan naar geschikte zangers. In Dresden engageerde hij o.a.
Senesino, Durastanti en Boschi. Handel ging ook eigen opera`s schrijven
voor de Royal Academy, maar van 1720-1724 was eigenlijk vooral de componist
Bononcini heel belangrijk, gemeten naar het totale aantal voorstellingen.
De aria`s van Bononcini waren korter en bevattelijker dan die van Handel,
maar H. ging ze aanpassen aan de smaak van het publiek.
Bij publiek en zangers
ontstond fractievorming: De conservatieve politici stonden aan Bononcini`s
kant, de liberalen steunden Handel . (Keurvorst)-koning Georg I en zijn
aanhangers waren vóór Handel en de tegenstanders van de koning waren ook
tegen hém. Daarnaast zal meegespeeld hebben dat men Handel erg
‘dictatoriaal’ vond. Van 1723-1725 schreef Handel zijn beste opera`s voor
de Academy met Niccolò Haym als
tekstdichter in plaats van Paolo Rolli, omdat bij de laatste de intriges
vaak erg moeizaam “bij elkaar” kwamen.
Haym bedacht niet zozeer nieuwe tekstboeken, maar paste bestaande
succesvolle libretti aan en schrapte er vooral heel veel in.
In 1727 overleed koning Georg
I en Handel kreeg de opdracht muziek te componeren voor de kroning van zijn
opvolger Georg II (Coronation Anthems).
In hetzelfde jaar was Handel ook officieel Engels staatsburger geworden.
In 1728 beëindigde de Royal
Academy de voorstellingen waarschijnlijk om financieel-economische redenen:
beleggers hadden geld er in gestoken en wilden winst. Toen deze minder
werd, gingen ze in andere ondernemingen beleggen. Daarnaast zullen de
conflicten en Handels dictatoriale optreden ook geen positieve invloed hebben
gehad.
Handel bleef in de Italiaanse
opera geloven en met steun van een deel van de adel kreeg hij toestemming
om in het King`s Theatre Italiaanse opera`s te produceren gedurende vijf
jaar (1728-1733). De toon van
zijn werk werd lichtvoetiger en vlotter met ironische ondertoon (Partenope), maar sloeg toch niet
aan. Handel greep uiteindelijk op operagebied te veel terug op beproefde recepten
en daardoor raakten zijn opera`s al tijdens zijn leven “uit de mode”.
Vanaf 1732 kreeg hij wel veel
succes met zijn koorwerken. Het oratorium Esther (in feite de masque Haman and Mordecai) werd toen
‘opgevoerd’, zonder dat er werd geacteerd, omdat de anglicaanse bisschop
van Londen verboden had Bijbelse onderwerpen op het toneel te brengen.. H.
`s beste zangers moesten –tegen hun gewoonte in- ook in het Engels zingen
(het leek wel Welsh!).
Tot 1740 wedde Handel op twee
paarden: de Italiaanse opera en het Engelse oratorium, waarbij uiteindelijk
het laatste genre won. In 1733 ging Deborah
in première, een werk in de trant van een pasticcio bij elkaar geharkt
uit allerlei oudere werken, onder andere de Coronation Anthems. Handels
tegenstanders besloten vanwege allerlei conflicten een nieuw concurrerend
operagezelschap te vormen: Opera of
the Nobility (1733-1737). Zij beschikten over een nieuwe ‘ster”: de
castraat Carlo Broschi (Farinelli) die een grote publiekstrekker was (*
).Toen deze ziek werd betekende dat een enorm financieel tekort waardoor
men uiteindelijk moest besluiten de Nobility op te heffen.
Handel leefde erg ongezond :
at veel, werd erg dik en dronk ook veel alcohol. In 1737 kreeg hij een
beroerte waardoor zijn rechterhand verlamd raakte en hij geen klavecimbel
meer kon spelen.
Na de opheffing van de
Nobility was hij weer alleenheerser over de Italiaanse opera in Londen en
hij ging er weer enthousiast tegenaan, maar het mocht allemaal niet baten:
In 1740 was hij zoekende naar de juiste richting in zijn carrière en hij
ging vocale kamermuziek componeren: Italiaanse
kamerduetten, niet bestemd voor
het theater!
Na een uitnodiging om naar
Dublin te komen te hebben ontvangen, schreef hij er snel de Messiah en een nieuw oratorium, Samson. Uiteindelijk keerde hij toch weer terug
naar Londen (1742) waar hij nu wel veel succes oogstte als
oratoriumcomponist. Tussen 1742 en
1759 schreef hij veertien grote oratoria, naast vele kleinere werken.
Het publiek hiervan werd steeds meer de gegoede burgerij, de ‘middle class’, bij wie een wederopleving
van de godsdienst plaatsvond: een puriteinse (zuivere) levenswijze, met een
afkeer van luxe en genotzucht.
Deze puriteinen vonden dat de
oratoria over Jezus` leven niet in een theater -waar de adel zich genotzuchtig aan
opera`s vergaapte- uitgevoerd mochten worden. De Messiah werd in Londen ook
pas populair na uitvoering in een kapel, maar de overige oratoria mochten
nog wel in het theater blijven. Vooral in de Vastenperiode (40 dagen voor
Pasen) gaf Handel een reeks oratoriumuitvoeringen, wat uiteindelijk de
gewoonte zou worden.
In 1751 kreeg hij problemen
met zijn linkeroog en vanaf 1753 was hij helemaal blind. Handel componeerde
niet meer rechtstreeks op papier, maar door te dicteren aan Smith, zijn
secretaris. Op 14 april 1759 overleed hij en hij werd onder massale
belangstelling begraven in de Westminster Abbey.
3. Belangrijke personen
uit het leven van G. F. Handel
|
|
|
|
|
|
|
J. Mattheson
1681-1764
|
Pietro Ottoboni
1667-1740
|
Georg Ludwig I
1660-1727
|
J.Brydges
1673-1744
|
Senesino de castraat
1686-1758
|
Giovanni Bononcini
1677-1726
|
Carlo Broschi
1705-1782
|
Er zijn diverse pogingen
ondernomen Handels werken compleet uit te geven, waarbij de English Handel
Society –gesticht in 1843-
uiteindelijk zestien delen, waaronder de belangrijkste oratoria,
heeft uitgegeven.
Friedrich Chrysander en
Gottfried Gervinus stichtten in 1856 de Händel-Gesellschaft en Chrysander
heeft enorm veel werk verzet, maar als kritische noot dient vermeld dat hij
vooral is afgegaan op de in Duitsland aanwezige afschriften en niet op
Handels autografen.
Vanaf 1955 zijn er
afleveringen verschenen in een nieuwe editie: de Hallische Händel-Ausgabe,
waarop ook veel kritiek is omdat men belangrijke varianten weggelaten
heeft. Voor de datering gebruikt men
momenteel de Verzeichnis der Werke
Georg Friedrich Händels (HWV)
van Bernd Baselt (Leipzig , 1986).
Voor een snel totaal overzicht
van Handel`s vocale composities wordt verwezen naar Wikipedia
en het aparte artikel over zijn opera`s.
Van hieruit kan men doorlinken naar de libretti en de complete operascores.
Voor de gevorderde zanger is het essentieel ook altijd de New Grove te
raadplegen. Deze geeft veel meer achtergrondinformatie.
4. Vocale solo- werken
voor de alt/mezzo- stem met basso continuo (piano)
Omdat de meeste aria`s uit opera`s en oratoria afkomstig zijn en in
liedcollecties zijn uitgegeven, worden hieronder de titels van de
collecties aangegeven. Voor een beginnende zanger maakt een bepaalde
uitgave wellicht (nog) niet zoveel uit, maar zeker voor de gevorderde is
het belangrijk dat een aria onder andere ook in context wordt weergegeven.
Het is dus aan te raden vóór een eventuele aankoop eerst bijgaand artikel te lezen
dat de diverse uitgaven van Handel -aria`s kritisch bespreekt. De
schrijver vindt dat er eigenlijk weinig goede (recente) bladmuziekuitgaven
zijn.
Dat heeft naar mijn idee te
maken met het reeds eerder, in een ander artikel, geconstateerde feit dat
tegenwoordig zoveel stukken , na een zekere speurtocht, gratis te
downloaden zijn als bladmuziek en/of mp3 bijv. via Free
scores , Werner
Icking Music Archive (WIMA), Imslp.org
of cpdl.org
. Voor een uitgever is hier weinig eer te behalen. Daarnaast zijn veel
(onkritische) uitgaven voor een klein bedrag te downloaden.
De uitgave met de 16
aria`s voor Alt van de OUP is in mijn ogen de beste koop, hoewel deze zo
dik is dat je hem helemaal moet opensnijden en loshalen omdat het boek anders iedere keer
dichtvalt.
Titel
|
bladmuziek
|
bijzonderheden
|
45 aria`s from Operas and Oratorios for Voice and Piano volume I ,
II en III – ‘low’
Voor de inhoud van de
volumes en de oorspronkelijke ligging van de stukken zie bovengenoemd
artikel
|
International Music Company
Sergius Kagen (1959)
|
Transponering niet altijd
succes;
It-Eng. vertaling
|
Handel (opera/ oratorium)
aria`s in Arien-Album ‘Alt’
(Lascia ch`io pianga/ O Jordan, heiliger Strom/ Figlia mia/ Dove
sei/ Tutta racolta/Nasce al bosco/ O Herr hör unser Flehn/ Verdi pratie/
Ombra mai fu/ Messias/ Awake Saturnia/ Dignare , o Domine etc.)
|
Peters editie (revidiert Dörffel)
|
Italiaans Duitse
vertaling of
Duits- Engelse
vertaling; echte alt aria`s zonder
verdere context
|
Er bestaan ook ‘losse
uitgaven’ van favoriete stukken als Where`er you walk,
Largo uit Xerxes etc.
|
bijv. Robert Lienau Musikverlag
|
Geen kritische uitgaven.
|
Losse stukken
zijn on line (tegen
betaling) te bestellen en direct printbaar bij o.a.
on line (tegen betaling)
printbaar en eventueel transponeerbaar bij
soms staan er ook( gratis)
te downloaden aria`s op
n.b. dit overzicht
van online uitgeverijen is geheel niet compleet
|
Schubertline
Freehandmusic
Cipoo.net
|
Geen kritische uitgaven
Geen kritische uitgaven
Geen kritische uitgaven
|
G. F. Handel: Opera Songs, edited by
W. T. Best. A collection of 52 arias (volume 4 Contralto)
|
Boosey and Co(1880) (H 12389)
Antiquarisch/ bibliotheek
|
Originele sleutels;
goede piano-reducties
|
Ten Handel
"songs" by Arthur Somervell
(Vieni o Figlio/ S`ei Non mi Vuol Amar/ La Speranza e Giunta/ No,
Oh dio/ Un Ombra Di Pace/ Tiranni Miei Pensieri/Vanne, Seguìl Mio Desio/
A Suoi Piedi/ Non Lo Diro Col Labbro/Rendi`l Sereno Al
Ciglio—allemaal omgezet in Engelse
zingbare tekst
|
G. Schirmer (1928)
Alleen antiquarisch /
bibliotheek
|
Eenvoudige begeleiding,
echter van de oorspronkelijke aria is weinig te herkennen, m.n. niet in
de Engelse vertaling!
|
(Handel) Alt-Arien aus
Opern und Oratorien, ed. Otto Dresel
|
Breitkopf and Härtel, (
1935?)
Alleen antiquarisch /
bibliotheek
|
Oorspronkelijk voor
castraat of lage vrouwenstem, in originele sleutel
|
Handel aria`s in La Flora: Arie &c. Antiche Italiane, three
volumes
Slechts enige aria`s
hierin zijn geschikt voor de alt/mezzo-stem
(voor de geschikte stukken
zie bovengenoemd artikel)
|
ed. Knud Jeppesen
(Wilhelm Hansen, 1949)
Alleen antiquarisch /
bibliotheek
|
Originele sleutel
|
Voor de gevorderde
zanger is het ook mogelijk in een grote muziekbibliotheek zoals in
Amsterdam op zoek te gaan naar de hele libretti van Opera`s als bijv.
Julius Caesar in :
de Hallische
Händel-Ausgabe. Serie 2: Opern (met piano-uittreksels)
|
Alleen antiquarisch/
bibliotheek
|
Je moet zelf wel even de
hele opera ‘doorlopen’ maar uiteindelijk zijn de aria`s in de juiste context te vinden.
Een boek zoekt toch iets makkelijker dan een ‘Webscore’
|
G.F. Handel, Cantatas for alto and continuo ; 16 alto
cantatas from the manuscripts in the Bodleian Library , Oxford
(Clori , degli occhi
miei/ Deh! Lasciate e vita e volo/ Dolc`è pur d àmor l
`affanno/ Figli del
mesto cor/ Fra pensieri/ Ho fuggito Amore/ Irene, idolo mio/ La
solitudine: “L `aure grate’/ Lungi da me, pensier tiranno!/ Lungi n `andò
Fileno/ Nel dolce tempo/ Qualor crudele/ Quando sperasti, o core/ Siete
rose rugiadose/ Son gelsomino/ Stanco di più soffrire)
|
Oxford University
Press 2001
|
Zeer
wetenschappelijke uitgave met Engelse vertalingen
(bijna) alle seculiere
solocantates voor alt en b.c. die Handel heeft geschreven staan hierin
|
|